De koning en het ding

De plannen

Het koninkrijk

Heel lang geleden was er een groot koninkrijk, dat verschillende schitterende omgevingen kende. Van hoge steenachtige bergen tot vlakke groene landen en van vochtige moerassen tot droge woestijnen. Het koninkrijk was vreedzaam en kende geen vijanden.

De koning van dit koninkrijk was wijs, lief en toch sterk en machtig. Een echte koning, kun je wel zeggen. De wetten en regels waren duidelijk en rechtvaardig. Hij was streng, wat nodig was voor dit grote koninkrijk, maar hij was ook behulpzaam voor de zwakken en de behoeftigen. Zijn kennis was breed en veelzijdig, bijna ongekend. Hij ondernam actie op het juiste moment en de juiste manier, en dat is wijsheid.

Destijds dacht eigenlijk niemand aan democratie, ze waren allemaal blij en tevreden, ze wilden niemand anders. Iedereen was trots op hun wijze koning en had volle vertrouwen in hem.

De aankondiging

Op een dag kondigde de koning aan dat hij een plan had. Hij wilde iets maken; een ding. Dit ‘ding’ zal niet gewoon zijn, maar echt iets bijzonders. Het ‘ding’ kan geprogrammeerd worden. Het ‘ding’ kan de omgeving observeren en de gegevens opslaan en gebruiken. Het is een soort robot, maar niet helemaal. Het meest belangrijke is dat dit ‘ding’ de volledige vrijheid heeft om zelf beslissingen te nemen.

Iemand zou kunnen zeggen dat dat gevaarlijk kan zijn, en dat is eigenlijk wel zo. Daarom moet het ‘ding’ voor een bepaalde periode getest worden, en dat zal op het geïsoleerde onbewoonde verre eiland gedaan worden, vertelde de koning. De proefperiode moet lang genoeg zijn, zodat het ‘ding’ in alle mogelijke situaties en omstandigheden zich kan bewijzen. Hij zei ook dat alleen de geslaagde en goedgekeurde exemplaren van het ‘ding’, na de proefperiode, op het vasteland van het Koninkrijk gezet mogen worden. De andere exemplaren zullen gewoon in de grote oven gesmolten worden.

De test moet de werkelijke situatie op het koninkrijk simuleren. Voor deze reden zullen, voor de beproeving, dezelfde regels en wetten van het koninkrijk gelden op het eiland. Respect, rechtvaardigheid en goede daden staan voorop. Het nieuwe ding zal zeker geen uitzondering zijn of een bijzondere behandeling krijgen. De koning wil geen chaotische toestand noch problemen in zijn koninkrijk creëren.

Verschillende meningen

Iedereen was verbaasd over de wens van de koning. Wat is de toegevoegde waarde van dit ding? Als er iets op dit eiland gedaan moet worden, waarom wordt het ding en niet één van ons gestuurd? Dit was de gedachtegang van de bevolking. Aan de andere kant, is het echt wijs om het ding vrijheid te geven? Dat kan toch schadelijk zijn voor het ecologische systeem op het eiland, of niet?

Volgens de koning kan het ding gegevens verzamelen en gebruiken. De beslissingen van het ding zijn daarom afhankelijk van de ingevoerde en gehanteerde gegevens, en dat betekent: Het goede gedrag kan niet altijd gegarandeerd worden. Ja, als iemand onvoldoende informatie of kennis heeft, zal hij soms onlogische beslissingen maken.

Ondanks al deze gedachten heeft niemand zijn mening geuit. En uit respect en eerbied aan de koning durfde niemand vragen te stellen.

Het ontwerp

De koning weet dat de beknopte informatie, veel vragen en misschien twijfels met zich mee zal brengen. Toch heeft hij niets meer gezegd. Misschien dacht hij: Als ik ze het ding laat zien, is dat stukken duidelijker dan het beschrijven van het idee met woorden.

Het ding moet, in één keer, in een perfecte vorm en functionerend zijn. Het ding moet onafhankelijk kunnen functioneren en de vrijheid voelen en gebruiken. Het directe contact met het ding moet tijdens de proefperiode erg beperkt blijven. Het is tenslotte een proef, en het directe contact zal de resultaten kunnen beïnvloeden.

Maar wat moet het ding kunnen en welke mogelijkheden moet het hebben?

Het moet ten eerste een processor hebben. Die processor moet de beslissingen kunnen nemen en de verschillende activiteiten organiseren. Vanzelfsprekend hebben de processor en alle andere systemen energie nodig. De energie haalt het ding uit zoete sappen. Het ding moet zelf de natuurlijke energiebronnen op het eiland kunnen herkennen en gebruiken. Daarnaast moet het ding kunnen zien, horen, voelen en bewegen. Deze dagelijkse activiteiten veroorzaken afval, die uitgelaten moet worden.

Het ding zal de sensoren van zien, horen en voelen gebruiken om de omgeving te observeren en al die informatie zal in het geheugen bewaard worden. Deze informatie wordt geanalyseerd om een soort ervaring en evaluatie te maken. Die ervaring wordt gebruikt om het gedrag aan te passen en om beslissingen te kunnen nemen. Het ding heeft dus de mogelijkheid om leer-, verbeter- en aanpassingsprocessen te kunnen uitvoeren.

Daarnaast moet het ding gevaar kunnen voelen, of beter gezegd, vroegtijdig herkennen. Het moet zich min of meer zelf kunnen beschermen en repareren, indien het beschadigd raakt.

Er zijn nog meer systemen; systemen voor o.a. spreken/communiceren en activeren van nieuwe dingen. Die systemen moeten allemaal op elkaar afgestemd worden en in het lichaam passen. Niemand kan voorstellen hoe ingewikkeld de operatie was. Het was haast onmogelijk, maar niet voor deze wijze koning, en zijn ongekende kennis.

Kennis en logica

De koning heeft het ding gemaakt. Alles zit erin en het functioneert perfect, zoals verwacht. De processor van het ding regelt alle activiteiten. Die kan prioriteiten stellen, gegevens verwerken en verzamelde informatie vergelijken. Het analyseringsvermogen van de processor was meer dan voldoende om de gegevens te kunnen verwerken en de beslissingen snel te kunnen nemen.

Na het bouwen van het ding heeft de koning veel kennis, informatie, regels, wat goed en wat slecht is, allemaal in het geheugen van het ding gezet.

De kennis was meer dan voldoende om de activiteiten op het eiland goed te kunnen regelen, maar niet veel meer. De koning heeft opzettelijk de kennis in een beperkte mate aan het ding gegeven. Er bestaat een reëel risico dat het mis zou kunnen gaan. Als het ding om een reden defect wordt of als het ding haar kennis wou misbruiken, blijft de schade beperkt. En als de proef dreigt te mislukken, zal de koning toch ingrijpen om de koers te corrigeren, of om de goede exemplaren te steunen en eventueel te redden.

De kennismaking

Toen kwam de dag van de waarheid. De koning ging het ding aan het volk voorstellen. Hij zei: Jullie moeten het ding met respect ontvangen. Dat was begrijpelijk. De koning wou niet dat zijn plan, door gek gedrag van één van de bevolking, zou worden verstoord. Het ding kan alles observeren en in haar geheugen bewaren. Waarom zou je vanaf de eerste dag slecht gedrag aan het ding laten zien!

Toen het ding tevoorschijn kwam, groetten de aanwezigen het met respect, maar…. Jawel, toen gebeurde wat de koning niet wilde.

Iemand sprong tussen de aanwezigen en zei: Wat is dat ding? Dit verdient geen respect.

Het leek of die persoon zijn jaloezie niet kon beheersen. Iedereen was doodstil!

De wijze koning zei rustig tegen die jaloerse: Waarom heb je mijn bevel niet gevolgd?

De jaloerse beantwoorde: Ik ben beter dat dit ding. Ik kan beter en ik doe beter.

De wijze koning zei: Nee, je doet niet beter, je hebt je misgedragen. Ga hier weg.

De jaloerse: Ik zal u laten zien wat ik bedoel. Ik wil mee naar het eiland.

De koning: Je mag mee naar het eiland. Je krijgt ook dezelfde proefperiode als het ding.

De koning zei tegen het ding: Deze jaloerse is een gemene vijand van jou geworden. Wees dus alert!

Rondkijken

Na deze kennismaking liet de koning het ding in zijn koninkrijk voor een tijdje blijven wonen en rondkijken. Dat was van groot belang. Het ding had veel informatie maar kon in deze periode alles in het echt zien; hoe mooi de beschaving is, hoe alles geregeld is en hoe iedereen in de werkelijkheid met de anderen omgaat. Wat het ding, in deze periode heeft gezien en gevoeld was bovendien een grote motivatie voor haar om in de proef haar best te doen. Deze dagen waren de mooiste dagen van haar bestaan, en dat zou ze zich later pas beseffen.

Voorbereidingen

Het hele plan van de koning was veel omvangrijker dan eerst werd gedacht. De bevolking was ook betrokken bij de dagelijkse activiteiten van de dingen. Velen waren bezig met de voorbereidingen. Het was echt een landelijke actie en de koning had met alles rekening gehouden.

Omdat het ding erg slim was moest het observeren en volgen van de proef onbemerkt blijven. Het ver gelegen eiland was voorzien van een compleet geavanceerde volgsysteem. Alles kon gezien en gehoord worden, alle hoeken van het eiland waren gemonitord.

De logica

Het ding kon natuurlijk versleten en beschadigd raken. Dat was minder belangrijk, omdat alle onderdelen toch vervangbaar waren. Maar het belangrijkste voor de koning was het programma. Door de opgebouwde ervaringen werd het programma door het ding aangepast en verbeterd. De koning was geïnteresseerd in het programma, dat de beste logica volgt om goede daden te verrichten. Dat was wat de koning wilde. Daarom werd niet alleen het gedrag van de dingen gevolgd, maar ook de, in het geheugen bewaarde gegevens en de, door elk ding, gehanteerde logica.

Het programma, beslissingen en uitgevoerde acties worden allemaal geregistreerd. Dat alles, wordt dagelijks naar de centrale gestuurd en daar geanalyseerd, zonder dat het ding iets ervan voelt of merkt.

De productie

De massaproductie van de dingen is goed geregeld, maar de nieuwe dingen zullen zonder energie, op het eiland gezet worden. Waarom?! Ja, als de nieuwe dingen met energie geladen zijn, gaan ze direct rondlopen. Dat kan tot een chaotische toestand leiden en dat wil niemand. In de eerste periode moeten de nieuwe dingen door de (oude) dingen begeleid worden.

Ze zullen ook met bijna leeg geheugen geplaatst worden. Een paar principes worden wel gezet maar het is toch onnodig het geheugen met te veel informatie vol te proppen? Het zou beter zijn als de kennis gezuiverd wordt, met andere woorden; alleen wat nuttig is wordt aan de nieuwe dingen overgedragen. Deze zuivering zal door de oude dingen, dus met ervaring, gedaan worden. De nieuwe dingen krijgen dus de nodige (nuttige) kennis van de (oudere) exemplaren, en krijgen ook een deel van hun eigen opgebouwde ervaring mee.

De nieuwe exemplaren worden onopgemerkt op het eiland gezet. Indien het nieuwe ding door een oud ding gevonden werd, mag het zelf activeren. Het activeren gebeurt als het nieuwe ding gedeeltelijk geladen wordt en begint te functioneren. De koning heeft een techniek ontwikkeld zodat de dingen elkaar kunnen opladen en activeren. Na het activeren wordt het oude ding verantwoordelijk voor het begeleiden van het nieuwe. Het overdragen van de kennis en ervaring maakt een deel uit van de begeleiding van het nieuwe ding.

Informatieoverdracht

Voor de kennisoverdracht moeten de dingen hun sensoren gebruiken. Dit proces zal daarom veel tijd en energie kosten. De koning heeft dat expres zo gedaan.

Het ding moet zelf beslissen of het de moeite waard is om de verantwoordelijkheid van een nieuw ding te dragen? Dat verschilt per situatie en per ding. Maar de overweging is nu niet eenvoudig te bestuderen. Dat liet de koning de dingen zelf bepalen.

Het eiland was een mooi, natuurlijk gebied maar het lag ver van de beschaving van het koninkrijk. Het ding heeft daar hulp en steun van gelijksoortige dingen nodig. Om deze reden verwacht de koning niet dat de productie binnenkort stilgelegd zal worden.

Het vertrekken naar het eiland

Alles is klaar voor het begin van de proef. Vandaag vertrekt Ding naar het eiland. Ding werkt perfect, heeft veel kennis, ervaring, motivatie, kent het doel en weet het doel te bereiken. De proef was bedoeld om de goede exemplaren van Ding naar de beschaving van het koninkrijk te brengen. Maar de jaloerse woonde daar al, in de beschaving, wat wil hij nog meer? Toch was de jaloerse zo koppig geweest dat hij zijn excuses aan de koning niet heeft aangeboden. Hij moest dus de beschaving van het koninkrijk verlaten en met Ding naar het verre eiland. Dat was opmerkelijk. Hoe kan iemand zo dom zijn! Wat gaat hij bereiken? En wat wil hij bewijzen!

Het was toen bekend dat de koning hem nooit meer op het vasteland terug wilde hebben.

De koning kondigde het begin van de proef aan. Het was voor iedereen duidelijk dat de proef lang zal duren.

De laatste woorden van de koning voor Ding waren: Ik heb je met mijn handen gemaakt, ik zal dichtbij jou zijn, wees goed, doe goed, dan zal ik je helpen en steunen. Vertrouw de jaloerse niet, die is kwaadaardig en gemeen, vergeet nooit dat hij een vijand van jou is.

Vanaf deze dag werd alles anders. Ding en de jaloerse moesten hard werken en zich bewijzen. Ding keek naar de grote gebouwen, de mooie huizen en de schone straten van het vasteland van het koninkrijk. Die worden allemaal kleiner en kleiner in de horizon. Het leek een droom in haar processor. Zouden haar sensoren ooit dit mooie land weer zien?

De proef

Het eiland

Ding en de jaloerse kwamen op het eiland aan. De jaloerse nam direct zijn spullen, liep verder en verdween tussen de bomen.

Ding volgde hem met zijn sensoren, en dacht: Goed dat die gemene weg is. Toen keek Ding naar de omgeving en zei tegen zichzelf: Oh, dat is niet zo duidelijk als ik dacht. Waar moet ik nu heen voor de energie? Waar moet ik me verschuilen als het regent of als er een zandstorm opwaait?

Het ging onder een boom staan om een actielijst op te stellen.

Logisch gezien, moet de energie absoluut niet op. Als tweede moest Ding zichzelf tegen de weeromstandigheden beschermen. Het weer had een slecht effect op haar onderdelen en mechanisme. Vervolgens kwam het ontdekken van de omgeving en het maken van gereedschap om haar verblijf gemakkelijker te maken op de lijst. Landbouw en een huis bouwen komen met andere activiteiten later op de prioriteitenlijst. Binnen een paar seconden was de actielijst van de eerste dag duidelijk, maar voor de toekomst moeten er nog gedetailleerde plannen gemaakt worden.

Een grot

In de eerste dagen bood een grot voldoende bescherming en gaf een vruchtenboom voldoende energie. Het grootste deel van de tijd heeft Ding besteed aan het ontdekken van de omgeving. Tijdens die ontdekking heeft Ding een paar nieuwe exemplaren (dingen) gevonden en geactiveerd. Toen begon Ding met het lesgeven in de grot. Ding tekende op de muren van de grot om haar verhaal duidelijker te maken. Het heeft de nieuwe dingen veel kennis gegeven, o.a. belangrijke informatie over het overleven in de natuur. Ding heeft ze ook over de koning, de proef en het vasteland verteld.

Ze hebben een paar handige gereedschappen gemaakt en de omgeving rondom hun grot ontdekt. De grote ontwikkelingen begonnen pas na het activeren van meer nieuwe dingen. De grot was te klein voor hen geworden en de vruchten in de omgeving waren onvoldoende voor het toenemende aantal.

Een dorp

De dingen ontdekten een mooi plekje, dat perfect was om het eerste dorpje te stichten. Er was een veld vol met vruchtenbomen op een vlakke plek tussen de heuvels. Ze konden dus het veldje uitbreiden, dat was ook één van de plannen van Ding. De plannen waren eenvoudig, hun woningen leken toen meer hutten dan huizen.

Theorielessen waren waardevol maar zeker onvoldoende. De nieuwe dingen moesten het bouwproces eerst zien om zelf te kunnen helpen met bouwen. Ze moesten ook zien hoe Ding in de landbouw werkte. Ding moest harder werken dan de rest, dat was het enige nadeel van al haar kennis.

Prioriteitenstellen

De gesprekken en discussies van de dingen gingen toen hoofdzakelijk over hun leven op het eiland. Bijvoorbeeld over de landbouw, over het bouwen van constructies, over de verschillende soorten van bomen en planten en over de toekomstige plannen. Over de koning, de proef en de jaloerse hebben ze het nu nauwelijks gehad.

Maar was dat logisch? Het hoofddoel van hun bestaan, kreeg geen voorrang! Opmerkelijk? Nou, dat was zo omdat ze dachten dat de proef niet gauw beëindigd zou worden, terwijl de andere activiteiten wel gelijk moesten gebeuren. Dat was waar, maar de toekomst kan niemand in zien en de proef zal niet voor hen allemaal even lang duren.

Meer bouwen

Na het stichten van het dorpje was de volgende zorg de energievoorziening. Die moest verbeterd worden. Het oogsten van de vruchten was toen voldoende. Maar het vruchtensap moest bewaard worden. Ding begon met het bouwen van een pers, en het maken van tonnen.

Ding organiseerde de acties en verdeelde de taken aan de anderen. Toen werden verschillende beroepen gemaakt, timmerman, landbouwer, verkenner, wachter, transporteur, tonnenmaker, persmachinist en veel meer. In elke beroep werkten een paar dingen, die daarin gespecialiseerd waren.

Ding moest zijn kennis en ervaring met de anderen delen. Daarom had Ding naast zijn taak als leider van het dorp, de taak als leraar in de avonduren.

Een stad

Op een dag heeft een ontdekkingsteam een mooie plek met vruchtbare velden aan de andere kant van het eiland ontdekt. Voor die nieuwe plek had Ding grotere plannen. Er moet geen dorp opgebouwd worden maar een stad, dacht Ding. Wij zijn met ons allen een grote groep en wij hebben gereedschap en voorraad voor de eerste periode. Dat moeten wij goed benutten.

De plannen waren groot, erg groot. Ding had ook een langer tijdschema gemaakt. Het bouwen heeft geen haast, het mag een tijdje duren.

Na een paar maanden was de eerste fase van de stad klaar. De stad en de straten waren mooi. Ding dacht: De stad is een stuk beter dan het dorp maar, nog niet zoals het vasteland. Tijdens die maanden waren er veel nieuwe dingen geactiveerd. Er was haast sprake van een soort welvaart en luxe leven in die stad. Ding was druk bezig met de stad en met het realiseren van haar dromen om een mooi leef- en werkplek voor iedereen te maken.

Het ongeluk

Op een dag maakte Ding met een kleine groep dingen een ontdekkingsreis door de bergen. Ding besefte niet dat haar onderdelen niet meer nieuw waren en dat haar scharnieren die grote spanningen van het klimmen niet meer aan konden. Het mechanisme heeft slijtage en schade opgelopen van alle zware werkzaamheden die Ding heeft gedaan. Op een bepaald moment, bij een scherpe bocht werd het net te veel voor de benen en voeten van Ding. Ding was haar evenwicht kwijt en was van een klif gevallen. De ontdekkingsgroep rende naar beneden waar Ding lag. Ding was op een harde rots geland en uit elkaar gevallen. Ze hebben Ding gedragen en meegenomen naar de stad. Een monteur heeft Ding onderzocht. Zijn conclusie was dat de processor gebroken was, er kon niets voor Ding gedaan worden.

Het schokkende nieuws

Ding is overleden”, zo klonk de boodschap in de stad en dit nieuws bereikte snel het dorp. Dat was vreselijk nieuws voor iedereen. Is ons leven zo kort? Dachten sommige dingen, of was het puur een ongeluk dat toevallig is gebeurd?

Anderen dachten: Nee, ik moet en zal een stuk langer leven, daarom moet ik voorzichtiger zijn en misschien moet ik minder en rustiger werken.

Al die gedachten waren alleen in de processoren van de dingen. Ze zijn gewend om over feiten en kennis te spreken, maar zulke gedachten waren nieuw. Niemand was toen gewend om over deze soort gedachten of ideeën te praten.

In de stad hebben ze veel kennis van het bouwen en het maken van mooie spullen, maar Ding had, vooral in de laatste periode, geen tijd om over de koning en het vasteland te praten. Dat heeft Ding uitgesteld, de prioriteit was het afbouwen van de mooie stad. De kennis over het doel van hun bestaan, was daar niet meer dan een verhaaltje.

Ontdekkingen

De uitbreiding van de “luxe” stad was nu niet meer een prioriteit. Fase twee van de stad is op de plank gelegd. Zij gingen alleen verder met de nodige bouwwerkzaamheden. Maar ze kregen meer zin in ontdekkingstochten. De dingen genoten ervan en bovendien werd de ontdekking van iets nieuws en moois ontzettend gewaardeerd.

Een ding, genaamd Ontdekker, vertrok uit het dorp en ging verder het eiland in, langs de grote rivier. Op een hele mooie plek naast een groen veldje langs de rivier zat hij te rusten. Het water stroomde hard op de kleurrijke stenen. Ontdekker bedacht zich dat dit een mooie plek zou zijn om te wonen. Maar zijn er vruchtbomen? Hij stond op en begon rond te kijken. Achter een groep grote bomen was er een ingang van een grot verstopt. Hij ging binnen en zag een onverwachte verrassing! De grot was bewoond. Binnen lag een bed en verschillende andere spullen.

De bewoner

Ontdekker was erg verbaasd. Is iemand al hier voor mij aangekomen? Dacht het. Toen hij aan het rondkijken was werd hij aangesproken: Hallo ding.

Hij draaide om, er was een vreemd wezen. Hij had nooit zoiets gezien. Dat wezen heeft twee handen, twee lange benen en lange haren op zijn hoofd, misschien past “beestachtig” het beste bij hem. Die zei toch: Hallo ding! Die kent hen en kan met dezelfde taal praten. Ontdekker kon niets zeggen.

Dat wezen zei: Hoe gaat het met het oude Ding?

Ontdekker zei: Ken je Ding?

Natuurlijk”, zei het wezen.

Ontdekker dacht: Ik moet oppassen, misschien is die wezen de “Jaloerse”. Maar ik hoef niets te vrezen. Hij kan me geen kwaad doen. Laat me hem uithoren.

Toen zei hij tegen het wezen: Ding is overleden.

Het wezen riep: Ding is overleden! Wanneer en hoe?

Ontdekker: Niet lang geleden. Die is van een berg gevallen. Maar mag ik vragen wie je bent?

Het wezen zei: ik ben de “Wijze”.

Wat voor wezen ben je? Vroeg Ontdekker.

Wijze zei: Gewoon, zoals je ziet.

Ontdekker: Hoe en waar heb je Ding leren kennen.

Wijze: Hier op dit eiland. Ik heb haar geactiveerd en haar alles geleerd.

Wat?!” Riep Ontdekker: Dat kan niet! Ding is door de Koning gemaakt en geactiveerd.

Wijze: Wat voor onzin is dat! Wie heeft je dat verteld?

Ontdekker: Ding zelf.

Wijze: Ding was erg eigenwijs, maar zo ver gaan, had ik niet van haar verwacht.

Ontdekker: Je bent de Jaloerse!

Wijze: Jaloerse?! Noemde Ding me zo? Wat een ondankbaar kreng was dat. Ik heb Ding alles over dit eiland geleerd en toch had Ding nooit genoeg. Ze wilde meer en meer. Op een dag was Ding verdwenen. Ik heb haar niet nodig en daarom heb ik niet naar haar gezocht.

Verstandig zijn

Ontdekker bleef even stil en dacht: Met kennis en logica kan toch iedereen de waarheid vinden. Ik ga met mijn logica checken of die “Wijze” liegt.

Ontdekker: Wie heeft Ding en alle dingen gemaakt?

Wijze: Wie heeft mij gemaakt, wie heeft de bomen gemaakt, wie heeft het gras, de vogels en de dieren gemaakt? Allemaal zijn op dezelfde wijze door de natuur gemaakt. De dingen zijn niet anders dan de anderen.

Ontdekker: Je hebt ons met de dieren en planten in een groep gezet.

Wijze: Ja, omdat alles door de natuur gemaakt is.

Ontdekker: Wij zijn anders dan de andere wezens. Wij kunnen leren en onze vrije wil gebruiken. Wij zijn geen vissen of vogels. Wij zijn toch anders.

Wijze: Hoe anders? Elk  dier heeft zijn gedachten, taal en toekomstige plannen.

Ontdekker: Wij denken niet alleen over het eten, slapen en vermenigvuldigen. Wij kunnen veel leren en logica volgen. Kijk, als je toch de waarheid zegt, dat je zelf Ding alles hebt geleerd, kan je dan die informatie aan een vogel leren?

Wijze wist niet wat hij moet zeggen. Maar hij wilde niet snel toegeven: Nee, dat kan ik niet. Jullie zijn dus niet 100% als de andere dieren, maar jullie zijn een beter exemplaar ervan. Jullie zijn meer “ontwikkeld”.

De twijfels

Ontdekker: Door wie zijn wij “ontwikkeld”?

Wijze: Door de natuur, natuurlijk. Door wie anders denk je?

Ontdekker: Door de Koning op het vasteland.

Wijze: Welke Koning?! En welk vasteland?! Er is geen Koning en er is geen vasteland. Dit eiland is de enige plek met leven. Omheen ligt een heel grote oceaan, die geen grenzen heeft. Heb je, of heeft iemand ooit die Koning ontmoet, of dat vasteland gezien?

Ontdekker: Ja, Ding heeft de koning ontmoet, het vasteland gezien en voor een tijdje daar gewoond.

Wijze: Dat is onzin. Ik heb hier, op dit eiland, Ding gevonden en ik heb het zelf geactiveerd. Ik heb haar alles geleerd. Ding heeft dit verhaal verzonnen of misschien heeft het gedroomd. Maar ik spreek de waarheid. Er is geen Koning en geen vasteland. Je moet feiten en logica volgen.

Ontdekker: Ja, dat is precies wat wij van Ding hebben geleerd. Dat doe ik nu ook.

Wijze: Ding heeft alles van mij geleerd, Ding was erg slim en leerde heel snel.

Ontdekker: Maar de vraag is wie heeft ons gemaakt en waarom. De natuur kan dat niet omdat die geen planning, kennis en gereedschap heeft.

Belangrijke gedachten:

De maker

Wijze: Oke, stel dat niet de natuur maar een logische maker jullie heeft gemaakt. Wat is dan de waarde van deze ontdekking?

Ontdekker: Een hele grote waarde, die de basis vormt van alles. De maker heeft zeker een doel voor zijn daden, en er is dus een doel van ons bestaan.

Wijze: Wat zou dat doel kunnen zijn?

Ontdekker: Dat kunnen wij niet zelf ontdekken. De dader moet ons zijn intentie vertellen.

Wijze: Hier zijn wij niet wijzer geworden. Hoe kunnen wij hem vinden om hem over zijn intentie te vragen?

Ontdekker: Hij zelf moet ons benaderen, en dat heeft hij gedaan.

Wijze: Wie heeft wat gedaan?!

Ontdekker: De Koning is de enige, die zich als de maker aan ons heeft voorgesteld.

Wijze: Dat kan ik ook beweren.

Ontdekker: Ja, maar wij hebben ons verstand en dat moeten wij wel gebruiken.

Wijze: Wat zou je zeggen als de maker niets van zich laat horen?

Ontdekker: Het zou erg onlogisch zijn om ons niet te benaderen en vertellen.

Communicatie

Wijze: Heeft hij dat persoonlijk gedaan?

Ontdekker: Nee, Ding heeft die boodschap aan ons doorgegeven.

Wijze: O, dat verhaal!

Ontdekker: Je moet even jouw vooroordeel vergeten. Dat is een feit en past als enige bij de logica en de wetenschap.

Wijze: Wij weten toch dat die verhalen, ik bedoel over de maker, onlogisch zijn.

Ontdekker: Misschien hebben wij dat zo gehoord maar denk er zelf even over na, dan zal je zien dat dit een logisch feit is.

Wijze: En de evolutie?

Ontdekker: De “evolutie” was nooit een feit, dat was maar een oude theorie, die vóór de ontdekking van de chromosomen is gemaakt. Toen waren de kleine aanpassingen van de levende wezens ontdekt. Op basis van die ontdekking verwachtte men een grote ontwikkeling. Die grote ontwikkeling was nooit bewezen.

Doel

Wijze: En het doel van ons bestaan is wat?

Ontdekker: Wij zitten nu in een proefperiode. De goede exemplaren van ons gaan naar het vasteland en de slechte exemplaren worden in de grote oven gesmolten.

Wijze: Als de koning jullie gemaakt heeft, moet hij wel weten wie van jullie de goede is en wie niet. Waarom is een proefperiode nodig?

Ontdekker: Wij zijn geen domme robots. Hij gaf ons vrijheid om zelf beslissingen te kunnen nemen. Onze vrijheid is reëel en een proef is dan wel nodig. In een eerlijke proef kan je je bewijzen.

Wijze: Misschien moet je er niet veel erover denken. Het leven is kort. Geniet gewoon van je leven.

Ontdekker: Als er gevaar nadert, moet je toch actie ondernemen. Het dichtdoen van jouw ogen zal het gevaar niet wegnemen. Dom zijn en doen of je niets weet zal je ook niet redden. Maar met de goede daden en de feiten onder ogen te zien, kan je jezelf wel redden. Wij zijn slim en weten dat er in de toekomst gevolgen van onze daden zijn.

Sprakeloos

Wijze was sprakeloos. Wat moet hij nog zeggen? Hoe kan hij de logica en kennis van dit ding overwinnen? Ding is er niet meer, maar er zijn veel van zijn type. Als ieder ding zoals Ontdekker is, kan ik niets bereiken, dacht hij.

Maar…… Nee. Dat kan niet. De Koning weet dat sommige exemplaren van de dingen niet goed genoeg zullen zijn, en daarom heeft hij de proefperiode gesteld. Ik moet die zwakke dingen vinden en naar mijn kant overhalen, dacht “Jaloerse”. Ja, hij wil van dit eiland een eigen koninkrijk maken, met de dingen als dienaren.

============================================

Beste lezer,

Vanaf de eerste dag van zijn leven, probeert elke mens zijn omgeving te ontdekken en begrijpen. Meestal gaat men later niet meer denken over wat hij/zij al een beeld over gevormd heeft. Dat is logisch, omdat het re-evalueren van alle gevormde ideeën veel tijd en energie kost. Maar aan de andere kant is het wel mogelijk dat zijn beeld over een belangrijk iets verkeerd is, en dat kan gevaarlijke gevolgen hebben.

Dit verhaal is een poging om je gedachten te prikkelen.

Het is een waargebeurd verhaal. De gebeurtenissen hebben werkelijk in het verleden plaatsgevonden. Men hebben de getekende figuren van Ding in de grotten gezien en zij hebben de eerste gereedschappen gevonden. Het is het verhaal van ons, de mensheid vanaf het begin tot de eerste beschaving. De Koning is God. De bevolking vormt de engelen, de dingen zijn de mensen (Ding is Adam), en het eiland in de grote oceaan is de aarde in het heelal. Het vasteland is het paradijs (hemel).

De mensen waren bezig met het bouwen van hun stad (beschaving) en toen zijn ze het doel van hun bestaan vergeten. Hier werden de hoofdpunten van het verhaal volgens de Koran verteld. De Jaloerse is Satan. In de Wijze kunnen wij ook alle mensen zien, die de regels van God niet willen volgen. Ze doen of ze de wetenschap en kennis hebben terwijl ze de feiten niet willen erkennen.

============================================